logo Planten determinatie en terminologie

Laatste wijziging: 22-10-2014
 

Introductie

Om een soort goed te kunnen beschrijven of determineren is het belangrijk om te weten hoe je er naar moet kijken en wat we met bepaalde termen bedoelen. Dit artikel geeft de beschrijving van de op deze site gebruikte termen.

Overzicht

Beschrijving
Een algemene beschrijving die min of meer een samenvatting is van de determinatie sectie.
Alias
Als het voor determinatie nodig is om een soort tweemaal op te nemen, dan verwijst men onder Alias naar de volledige beschrijving. Als de Alias-term aanwezig is en data bevat dan zal alleen de beschrijving worden weergegeven, verdere informatie wordt genegeerd.
Vormen
beschrijving van de verschillende vormen die er bestaan

Test

Determinatie
Tips en aanwijzingen voor de determinatie
Lijkt op
Soorten waarmee makkelijk verwarring kan ontstaan. Meestal zijn dit soorten uit hetzelfde genus.
Vindplaatsen
Geografische vindplaatsen waar de soort gevonden kan worden, of waar de soort gevonden is. Sommige soorten komen alleen op heel specifieke plekken voor terwijl anderen langs de gehele Noordzeekust gevonden kunnen worden.
Tijdvak
De tekst hier kan zijn "vanaf ..." wat betekent dat de soort op een bepaald moment is geïntroduceerd nog steeds leeft. Een andere mogelijkheid is "van ... tot ..." (of allen "tot ...") wat betekent dat de soort is uitgestorven.
Evolutie
Hoe is de soort ontwikkeld door de eeuwen heen.
Voorouder
Als bekend de naam van de vorige generatie
Etymologie
De herkomst van de naam van de soort, dit kan zowel voor de Nederlandse naam als voor de Latijnse naam zijn.
Synoniemen
Andere namen die in de literatuur voorkomen. Er wordt veel geschoven met namen. Vroeger ging men voor determinatie en familie bepaling voornamelijk af op uiterlijke kenmerken, maar met de komst van DNA onderzoek moet er soms geconstateerd worden dat een soort bij een andere familie hoort. Oudere literatuur kent dan alleen de oude naam.
Bijzonderheden
Wetenswaardigheden die niet in een van de andere secties al behandeld is.

Het leven

Bevruchting
Periode van bevruchting en hoe de bevruchting plaatsvind, bij planten is dit de bloeiperiode.
Bloeiperiode
Bloeiperiode van bloemvormende planten
Bevruchtingswijze
copulatie, pelagisch, eolisch, dieren (bij planten)
Levensvorm
Voor planten: Therofyten, Fanerofyten, Epifyten, Chamaefyten, Hemikryptofyt, Geofyten, hydrofyten, freatofyten, afreatofyten, halofyten
Embryonale fase
De periode na de bevruchting en voor de geboorte
Geboorte
Bij dieren: wanneer, na hoeveeltijd en onder welke omstandigheden vind de geboorte plaats
Kiemrust
tijd die kan zitten tot ontkieming, planten waarbij kieming al plaatsvind aan de plant (grassen) heten levenbarend
Kieming
Bij planten: een- of tweezaadlobbig en wanneer, na hoeveeltijd en onder welke omstandigheden kiemt een plant
Larvale fase
De veliger fase
Broed
Het stadium waarbij het vrije leven overgaat naar een bodem leven, de broedval, dit geldt alleen voor bodemdieren.
Juveniele fase
De periode na een van de voorgaand gebeurtenissen en voordat er geslachtsrijpheid optreedt
Geslachtsrijp
vanaf welke leeftijd ze instaat zijn om nakomelingen te maken
Groeivorm
Alleen voor planten: bedektzadigen, korstmossen, mossen
Bloeiwijze
Alleen voor planten: eenmalig, overblijvend
Zaadverspreiding
wind, water, dieren, zelf
Groei
Overzicht van maten en leeftijd
Levensverwachting
dit is meestal de maximale leeftijd die ze kunnen bereiken, enkele veel gebruikte termen: eenjarig, tweejarig, meerjarig
Voedsel
Wat eten ze zelf
Filtratie snelheid
hoeveel water wordt er per uur gefilterd bij bijvoorbeeld schelpdieren
Filtratie efficientie
hoeveel van het opgenomen voedsel komt ten goede van de energiehuishouding bij bijvoorbeeld schelpdieren
Vijand
door wie worden ze gegeten
Symbiose
Met wie leeft het dier of plant, al dan niet vrijwillig, samen.
Habitat
Een beschrijving van het leefgebied. Kan de soort bijvoorbeeld aangetroffen kunnen worden in zout-, brak- en zoetwater. Op welke diepte leeft de soort? al dit soort vragen kan beantwoord worden bij Habitat.
Saleniteit
Het minimale en maximale zoutgehalte dat ze nodig hebben om te kunnen overleven
Temperatuur
De temperatuur range die nodig is om in leven te blijven
Dichtheden
Het aantal exemplaren per vierkante meter
Voortbeweging
De minst bewegelijke manier van leven is door hechting aan substraat (zoals pokken), danwel door wortels in de bodem. Iets bewegelijker zijn bijvoorbeeld de mosselen. Zij hechten zich aan een oppervlak middels byssus draden, maar vergis je niet als een mossel wordt aangevallen door bijvoorbeeld een purperslak dan kan hij deze ook in de byssusdraden inspinnen. Wat dan weer heel vervelend voor de purperslak is.
De belangrijkste manier om voort te bewegen is door gebruik te maken van benen. Maar schelpen kunnen zich bijvoorbeeld ook in graven met hun voet en vissen kunnen zwemmen. Kortom er zijn vele manieren van voorbeweging mogelijk.
Verspreiding
Het aardrijkskundige gebied waarin we de soort leeft. Bijv. Noordzee, Oostzee, Atlantische Oceaan, etc. Dit verschilt van de Vindplaats dat de verspreiding het leefgebied is, voor schelpen geldt bijvoorbeeld dat ze hun verspreiding in zee is, maar dat ze op het strand gevonden kunnen worden.

De plant

De termen die we gebruiken om de planten te beschrijven hebben we bijna allemaal uit de artikelen op Wikipedia. De gebruikte artikelen zijn:

http://nl.wikipedia.org/wiki/Plantenmorfologie

http://nl.wikipedia.org/wiki/Wortel_%28plant%29

http://nl.wikipedia.org/wiki/Stengel

http://nl.wikipedia.org/wiki/Blad

http://nl.wikipedia.org/wiki/Bloem_%28plant%29

http://nl.wikipedia.org/wiki/Vrucht_%28plant%29

http://nl.wikipedia.org/wiki/Pit_%28zaad%29

http://nl.wikipedia.org/wiki/Zaad_%28plant%29

We willen dan ook naar deze artikelen verwijzen voor een nadere uitleg van de gebruikte termen.

Hoogte
Wortel
Wortelvorm
Adventiefwortels
Luchtwortels
Trekwortels
Ademwortels
Plankwortels
Stekels
Knolvormige wortels
Wortelopslag
Zijwortel
Wortelmutsje
Wortelharen
Worteldiepte
Wortelhals
Overgang van wortel naar stengel
Stengel
Stengelgroei
rechtop, kruipend, wortelstok
Wortelstokken
de ondergrondse stengel
Stengeltype
kruidachtig of verhout
Stengelleden
Stengelledenkern
hol of gevuld
Stengelknopen
vaak verdikte plaats waar de bladeren staan ingeplant
Stengelgroeipunt
Stengelkleur
Stengelvorm
Stengellengte
Stengeldoorsnede
Stengeloppervlak
glad, behaard, gestekeld
Stengelharen
Stengelstekels
Vertakking
Blad
Bladstand
afwisselend, tweerijing, kruisgewijs, krans, rozet, langs de stengel
Bladbasis
Aanhechtingsplaat van bladsteel aan de stengel
Bladoortjes
Bladschede
Op de grens van bladschijf en bladschede zit het tongetje (ligula) met soms ook oortjes.
Bladschede kleur
Bladtong
Bladsteel
Als de bladsteel ontbreekt is er sprake van een zogenaamd zittend blad.
Bladscharnier
Bladschijf
Blad lengte
Blad breedte
Bladvorm
rond, ovaal, langwerpig, lancetvormig, lijnvormig, omgekeerd eirond, spatelvormig, hartvormig, niervormig, handvormig, ruitvormig, eirond en driehoekig
Bladrand
gegolfd, gezaagd, getand, gekarteld, of dubbel gezaagd
Bladtop
afgerond, spits, uitgerand, genaald of ingesneden
Bladvoet
afgerond, spits, hartvormig, wigvormig, scheef, vlak of stomp
Bladkleur boven
Bladkleur onder
Bladoppervlak
glad, behaard
Bladnerf
Nervatuur
veernervig, parallelnervig, kromnervig, handnervig, eennervig of netnervig
Bloem
Eenslachtig of tweeslachtig
Bloemvorm
alleenstaand, aar, scherm, hoofdje
Bloemkleur
Bloem inplanting
eindstandig, schijnbaar eindstandig of okselstandig
Bloem aantal
Aar
Aar lengte
Aar rijen
Aar bloemen
Aar as
Lemma
Bloemstengel
Bloembodem
Bloemdekblad
Tweezijdig symmetrisch
nee, lipbloem, gemaskerde bloem, vlinderbloem, lintbloem
Kelkblad
Kelkkafjes
Kroonblad
Kroonblad vergroeiing
niet, trechtervormig, radvormig, klokvormig, kroesvormig, buisvormig
Meeldraden
mannelijk
Helmdraad
Helmknop
Helmhokjes
Stamper
vrouwelijk
Stijl
Stempel
Vruchtbeginsel
Vruchten
Vrucht samenstelling
enkelvoudig, meervoudig, samengesteld of schijn
Vruchttype
bes, bottel, steenvrucht, pitvrucht, komkommervrucht, oranjevrucht, samengesteld, kluisvrucht, vijfkluizig, peul, kokkervrucht, hauw, hauwtje, kleppen-doosvrucht, tanden-doosvrucht, spleten-doosvrucht, poriën-doosvrucht, deksel-doosvrucht, noot, nootje, gevleugelde noot, gevleugelde dubbele dopvrucht, tweedelige splitvrucht, gevleugelde tweedelige splitvrucht, driedelige splitvrucht, vierdelige splitvrucht, vijfdelige splitvrucht, veeldelige splitvrucht, graanvruchten, overige doosvruchten
Hokkigheid
Pit
pit beschrijving
Zaad
Hoe zien de zaadjes van planten er uit.
Bedektzadigen
ja/nee
zaadknoppen
Zaadlobben
1,2
Zaad lengte
Zaad beharing

Bronnen

Foto verantwoording
Tekst
Meer informatie
 © 2014 Dennis Leeuw & Anneke van der Lende / Commentaar, aanvullingen en suggesties: info@strandvondsten.nl