Kleur | : | meestal uniform rood of bruin, overgangen naar groen komen voor. Ook helemaal groenen komen voor.1 1 |
Lichaam | : | ja 2 |
Symmetrie | : | zesstralig radiair symmetrisch 2 |
ZuilLichaam van een anemoon | : | even breed of breder dan hoog, alleen exemplaren kleiner dan 1 cm kunnen hoger dan breed zijn 1 |
Hoogte | : | 80 mm 3 |
Mondschijf | : | ja |
Diameter | : | breder dan de zuil mm; ≤40 mm 1 |
Tekening | : | geen 1 |
Tentakels | : | ja |
Beschrijving | : | hol 4 |
Aantal | : | 192 |
Kleur | : | meestal zelfde kleur als de zuil of iets lichter 1 |
Lengte | : | 2 cm |
Locatie | : | in 5 tot 6 cirkels rond de mondopening 3 |
AcroraghiDienen ter verdediging bij zee-anemonen | : | ja |
Aantal | : | 24 |
Kleur | : | blauw |
Locatie | : | een cirkel buiten de tentakels |
Voet | : | ja |
Diameter | : | breder dan de zuil mm; ≤40 mm 1 |
Kleur | : | rond de voet soms een blauwe lijn 3 |
MondIngang voor voedingsstoffen, ook bekend als instroomopening. | : | ja |
Locatie | : | meestal op een kegelvormige verhoging op de mondschijf 1 |
Maag | : | ja 4 |
Beschrijving | : | De gastro-vasculaire holte is verdeeld in holtes door schotten in de lengte richting 4 |
Habitat | : | Op harde ondergrond vaak in holten of spleten. Bijna altijd in het eb- en vloedgebied tot een maximum van 8 meter diep. Bij laagwater vallen ze vaak droog en zijn dan vindbaar als 3 cm hoge rode klodders. 1 3 |
Voortplanting | : | geslachtelijk en ongeslachtelijk (knopvorming of deling) 5 |
Bevruchting | : | levendbarende voortplanting komt vaak voor. |
Literatuur | : |
|
Bronnen | : |
|