Lengte | : | 40 mm1 |
Lichaam | : | ja |
Vorm | : | ovaal; kleine afgeronde wratjes; wratjes prominenter aan de zijkant van het lichaam |
Kleur | : | basis kleur is geel-wit met meestal een variable bruin patroon, helemaal witte zijn zeldzaam; wratjes zijn wit |
Papillen | : | grof, met kalknaalden ondersteund |
Huid | : | wratjes, knobbeltjes op de mantel2 |
Mantel | : | ja2 |
Vorm | : | gladde rand om de rinofooropeningen2 |
Mond | : | ja |
Beschrijving | : | om de mond een halfcirkelvormige huidlob met tentakelachtige hoeken2 |
Radula | : | ja |
Formule | : | 1-1-1-1-1 |
Beschrijving | : | middelste tand is een lang, smal plaatje. De eerste grote zijtanden zijn haakvormig met een iets langere punt, naar het schijnt, dan bij Wrattige sterslak. De tweede kleine zijtand is spoel- of enigzins haakvormig. |
Sensoren | : | ja |
Rinoforen | : | ja |
Beschrijving | : | met schuine ribbels; schuin in de breedte geplooid |
Ademhalingsorgaan | : | ja |
Kieuwen | : | ja |
Beschrijving | : | afhankelijk van de grootte van het dier, dragen een groot aantal zijtakjes; achter op de rug in het midden; niervormige kieuwboog |
Aantal | : | ≤293 |
Vorm | : | enkelgeveerd, aan de basis vergroeid en in een bijna gesloten hoefijzer geplaatst2 |
Voedsel | : | zeepokken, bij voorkeur de Gekartelde zeepok1 3 |
Habitat | : | op hardsubstraat het liefst in de buurt van zeepokken1 |
Diepte | : | 20 m; ≤250 m3 |
Verspreiding | : | Beide zijden van de Noordelijke Atlantische Oceaan: Groenland tot midden Frankrijk; Noordelijke Grote Oceaan: Japan en Noord-Amerika3 |
Bescherming | : | de mantel kan bij plotselinge verstoring een zuur afscheiden, waardoor de zuurgraad (pH) daalt tot 3, of nog lager, tot zelfs 1!3 |
Voortplanting | : | In het koude winter zeewater verzamelen de dieren zich in grote groepen om voort te planten1 |
Geslacht | : | hermafrodiet |
Paaitijd | : | winterperiode; kan doorlopen tot voorjaar1 |
Bevruchtingswijze | : | geslachtsorganen zitten aan de rechterzijde, dus de beide rechterzijdes liggen tegen elkaar aan tijdens het bevruchten1 |
Eieren | : | ja |
Aantal | : | 145.000 per snoer1 |
Vorm | : | in een brede, witte, op zijn kant staande spiraalvormige, band |
Geslachtsrijp | : | 25-40 mm; ≥10 mm3 |
Websites | : | |
Bronnen | : | - https://www.naturetoday.com/intl/nl/nature-reports/message/?msg=21888
- https://strandwerkgemeenschap.nl/naaktslakken/Onchidoris
- http://www.soortenbank.nl/soorten.php?soortengroep=duikgids&id=256&menuentry=groepen
|