Overzicht | |
| |
Het Weekdier | |
Huidskleur | wit, geelachtig, doorzichtig |
Lichaamslengte | 17 mm |
Mantel | is met grote en kleinere knobbeltjes bezet |
Papillen | grotere en kleinere knobbeltjes, door steunende kalknaaltjes: hard |
Mond | om de mond een halfcirkelvormige huidlob met tentakelachtige hoeken |
Radula | |
Radula beschrijving | heeft een klein onopvallend, soms moeilijk zichtbaar vierkant plaatje als middentand, de vorm van de eerste grote zijtanden schijnt meer gedrongen te zijn dan bij de Rosse sterslak, ze zijn haakvormig, van een rij spitsjes voorzien. De kleine buitenste zijtanden, hebben enigzins een spoelvorm. |
Radula formule | 1-1-1-1-1 |
Kieuwen | tot 14, elk 5-6 pinnae aan iedere kant |
Spieren | |
Voortplantingsorganen | |
Penis | niet bewapend |
| |
Het leven | |
Eieren | worden in een smalle opstaande spiraalband afgelegd |
Verspreiding | Europese Atlantische kusten van Frankrijk tot het hoge Noorden. |
| |