Breedbladig groot zeegras (Zostera marina marina) Staat het onderste deel van het zeegras rechtovereind ook bij laagwater en groeit het onder de laagwaterlijn? | Geen link beschikbaar |
Smalbladig groot zeegras (Zostera marina stenophylla) Ligt het zeegras bij laagwater plat, net als Klein zeegras en groeit het tussen de hoog- en laagwaterlijn? | Geen link beschikbaar |
Hoogte | : | 2 meter (inclusief bloeistengel) |
Worteling | : | ja |
Wortel | ||
Diameter | : | 2 mm |
Stengel | : | ja |
WortelstokkenDe ondergrondse stengel | : | wit; monopodiaal |
VertakkingBij de hydropoliepen bekent als hydroclaudia | : | ja |
Blad | : | ja |
Lengte | : | ≤1 m |
Breedte | : | ≤9 mm |
Kleur | ||
Boven | : | donkergroen |
Nerf | : | ja |
Beschrijving | : | 3-11 nerven; buitenste nerf niet dichtbij de bladrand |
Oortjes | : | nee |
Bloem | : | ja |
TypeEenslachtig of tweeslachtig | : | eenslachtig; eenhuizig; liggen ingebed in een bloemschede, waardoor de bloemen vrijwel onzichtbaar zijn |
VormAlleenstaand, aar, scherm, hoofdje | : | aar |
Kleur | : | groening |
Aantal | : | 2-9 |
Aar | : | ja |
Rijen | : | 2 |
Bloeikolf | ||
Schutblad | : | boven de schede; valt na de bloei af en de schede verkleurt van geel naar bruin en daarna zwart |
Kelkblad | : | nee |
Kroonblad | : | nee |
Geslachtsorganen | : | ja |
MeeldraadDe meeldraad is het mannelijk geslachtsorgaan van de plant. De meeldraad bestaat uit twee delen, namelijke de helmdraad en de helmknop. De helmknop bestaat uit hokjes (zie je pas als je hem doorsnijdt), dit zijn er meestal 2 die door het helmbindsel zijn verbonden. In zo'n helmhokje wordt het stuifmeel geproduceerd. | ||
Helmknop | ||
Helmhokjes | ||
Lengte | : | 4-5 mm |
Stamper Vrouwelijk | ||
Stijl | : | de helft van de stempel |
Stempel | : | 2x zo lang als de stijl |
Vruchtlichaam | : | ja |
Typebes, bottel, steenvrucht, pitvrucht, komkommervrucht, oranjevrucht, samengesteld, kluisvrucht, vijfkluizig, peul, kokkervrucht, hauw, hauwtje, kleppen-doosvrucht, tanden-doosvrucht, spleten-doosvrucht, poriën-doosvrucht, deksel-doosvrucht, noot, nootje, gevleugelde noot, gevleugelde dubbele dopvrucht, tweedelige splitvrucht, gevleugelde tweedelige splitvrucht, driedelige splitvrucht, vierdelige splitvrucht, vijfdelige splitvrucht, veeldelige splitvrucht, graanvruchten, overige doosvruchten, sporen | : | nootje |
Beschrijving | : | geribd nootje met een gespleten snavel |
Stuifmeelkorrels | : | ja |
Beschrijving | : | draadvorming |
Zaad | : | ja |
Kleur | : | grijsachtig |
Vijand | : | Smienten, rotganzen, knobbelzwanen en meerkoeten; Zeepissebed; de slijmzwam Labyrinthula zosterae die o.a. rond 1930 huis hield in de gehele Noord-Atlantische Oceaan |
Habitat | : | Op plekken die bij eb niet droog vallen; bodem bestaat uit slik, zand, of fijn grind; heeft veel licht nodig |
Diepte | : | ≤17 m |
Saleniteit | : | brak en zout water; 20-30 gram zout per liter |
Temperatuur | : | de wortelstok is vorstgevoelig |
Samenleving Symbiose | : | Zeenaalden en -paarden vinden, net als veel kleine vissen, beschutting in zeegrasvelden |
Verspreiding | : | Noordelijk halfrond tot de randen van de poolcirkel |
Voortplanting | : | voornamelijk via de wortelstok |
Bloeiperiode | : | juni tot de herfst |
Zaadverspreiding | : | De primaire verspreiding is door stroming van het water, daarnaast wordt het nootje ook gegeten door door vogels en vissen. |
Kieming | : | Tweezaadlobbig |
Levensverwachting | : | Smalbladig Groot zeegras is 1 jarig; Breedbladig Groot zeegras is meerjarig |
Websites | : |
|