Kleur | : | licht rood tot oranje; schaarpoten zijn donkerder; in het algemeen mannetjes feller dan vrouwtjes |
Lichaam | : | ja1 |
Carapax | : | ja |
Vorm | : | langgerekt ovaal; naar voren en naar achter smaller wordend |
Lengte | : | ≤40 mm |
Man | : | ≤40 mm |
Vrouw | : | ≤34 mm |
Kop | : | ja1 |
Thorax | : | ja |
Segment 4 | : | ja |
Pereiopode 1 | : | ja |
Beschrijving | : | van het mannetje zijn lang, van het vrouwtje kort |
Propodus | : | Vergroeid tot scharen |
Abdomen | : | ja2 |
Beschrijving | : | het achterlijf is teruggevouwen onder het lichaam2 |
Vorm | : | bij vrouwtjes breed, bij mannetje driehoekig2 |
Sensoren | : | ja2 |
Licht | : | ja2 |
Ogen | : | ja2 |
Aantal | : | 22 |
Samengesteld | : | ja2 |
Oogsteel | : | ja2 |
Beschrijving | : | kunnen worden ingeklapt in gleuven op de kop2 |
Exoskelet | : | ja1 |
Materiaal | : | chitine, amorf calciumcarbonaat, calciet1 |
Ademhaling | : | Krabben halen adem met kieuwen. Deze zitten in het rugschild aan de achterzijde, en functioneren zolang ze nat blijven. Een krab moet dus regelmatig met water in aanraking komen om niet te stikken.2 |
Voedsel | : | 2 |
Eetgewoonte | : | Krabben met verschillende scharen houden met hun grote schaar de prooi vast en trekken daar met de kleine schaar stukjes van af. Bij de mond zitten 6 "pootjes" (de mandibels, maxillen en maxillipedes), die het eten verder verkleinen en in de mond stoppen.2 |
Voortbeweging | : | krabben bewegen zich zijwaarts voort.2 |
Larvale fase | : | ja; zoea-stadia, megalopa-stadium2 |
Literatuur | : | |
Bronnen | : | - https://strandwerkgemeenschap.nl/Crustacea
- https://strandwerkgemeenschap.nl/Brachyura
|